Corrado Govoni’s sonnet Handencultus uit het jaar 1903

Handen zijn een inspirerend thema voor beeldend kunstenaars en voor schrijvers van poëzie en proza. Voor de Italiaanse poëzie blijkt dat bijvoorbeeld uit Corrado Govoni’s sonnet Handencultus uit 1903, waarvan hieronder mijn versie volgt.

Corrado Govoni's sonnet Handencultus
Etude de deux mains croisées

Handencultus

O zuivere handen, handen van nonnen
bedreven in het bidden van de rozenkrans,
oude handen van onbuigzame ijver
lijkend op die in de reliquien!

O onkuise handen, handen van dames
bedreven in alle handelingen der lusten,
vlezige handen als leliën in bloei
in de miniaturen der getijdenboeken.

Alle handen. Wetende handen
van courtisanes of gifmengsters
aan ‘t mooie kleden betasten gewoon.

De heldenhanden van geduldige martelaren,
handen van lesbiennes en keizergemalinnen!
En de weduwenhanden op de portretten!

Korte toelichting

Literatuurhistorici wijzen voor dit sonnet naar invloeden van Maurice Maeterlinck, Gabriele D’Annunzio, maar ook naar Georges Rodenbach. In het geval van D’Annunzio is er een interessante verwijzing naar het gedicht Le mani, De handen.  Het lied staat in de bundel Poema Paradisiaco. Van Rodin zijn de hieronder afgebeelde handen.

Corrado Govoni's sonnet Handencultus
De kathedraal, 1908

Aantekeningen bij Corrado Govoni’s sonnet Handencultus

  • Govoni publiceerde het sonnet Handencultus voor het eerst in de bundel Le fiale. De eerste druk dateert uit 1903 en werd uitgegeven door Francesco Lumachi te Florence.  In 1948 kwam er een nieuwe editie. In 1983 volgde een nieuwe uitgave waarin ditmaal ook de afdeling ‘Vas luxuriae’ werd opgenomen. Die gedichten gaven aanstoot en vonden daarom geen plaats in de uitgave van 1903.
  • Zie ook de auteurspagina Corrado Govoni. Men deelt Govoni gewoonlijk in bij een tiental auteurs die onder de ‘schemerdichters’ in de literatuurgeschiedenis een plaats vonden. Het woord verwijst niet naar een school of beweging, maar duidt op gedeelde stijlelementen en een concentratie op en waarneming van het alledaagse. Rond 1920 ging de ‘beweging’, maar haar invloed werkte door in de Italiaanse poëzie tot ver in de tweede helft van de twintigste eeuw.
  • De afbeelding Etude de deux mains croisées is een schets van Jean-François Millet.
  • De sculptuur De kathedraal (uit 1908) is van Auguste Rodin. Zie hier voor het Musée Rodin.
  • Niet minder bekend is de tekening Betende Hände van Albrecht Dürer uit 1508 waarvan hier een afbeelding. Zie ook de pagina wikipedia gewijd aan deze tekening. Een studie van handen uit 1506 is hier te zien.
  • Het woord ‘handencultus’ komt voor in een tekst over Strindberg in De Vlaamsche Gids uit 1924. Maar dat is onmiskenbaar een scanfout. Zie hier.
  • In het Nederlandse literaire tijdschrift Mandala vond ik een kort verhaal van Jacques Hamelink getiteld ‘Handen’, hier een pdf.  (In: Mandala, n° 2, zomer 1975, pp. 32-33.)
  • De Italiaanse kunstenares Ketty la Rocca (La Spezia 1938 – Florence 1976) maakte in 1972 een korte zwart/wit film over (haar) handen. Men kan dit meesterwerkje zien op Vimeo.

 

 

Buddingh vertaalde Corrado Govoni in 1951

Een speciale Gids gewijd aan Italië

De Gids van september-oktober 1951 was een Italiënummer. Het bevat werk van zeven Italiaanse  dichters. De Nederlandse dichter C. Buddingh vertaalde Corrado Govoni (1884-1965). In het Gidsnummer staat  van hem een gedicht van drie strofen met de titel Verlaten straat. Het gaat over de straat die naar een kerkhof leidt. Zonder twijfel een droevig gedicht, maar lezenswaard. Govoni publiceerde het aanvankelijk al in 1903. Hij was toen nog net geen twintig. Buddingh vertaalde Corrado Govoni

Verlaten straat

Verlaten straat temidden van je tuinen,
vol fletse bloemen en droefgeestigheid,
straatje dat op de dodenakker uitkomt,
waarheen mijn heimwee mij zo dikwijls leidt.

Straat zonder één geluid, waar ’t onkruid welig
tiert als op een oud, vochtig kloosterplein;
vervallen steegje dat de sfeer bewaard houdt
van veel processies en waskaarsenschijn.

Hoeveel lijkstoeten maakten hier de sombre
gang waarvan nooit iemand is weergekeerd?
Hoeveel lijkstoeten met de trieste rozen
waarmee de mens de mens nog eenmaal eert?

Hieronder het Italiaanse origineel.

La via della certosa

Strada disabitata, in mezzo a gli orti
pieni di fiori e di malinconia,
strada che mena al soggiorno dei morti
che frequenta la mia nostalgia :

strada silenziosa, dove l’erba
prospera come in vecchio monastero,
solitaria straducola, che serba
come un sentor di ceri e di mistero.

Quante bare passarono, per questa
via da cui non si ritorna mai !
quante bare emigrarono a la mesta
devozione dei funebri rosai !

Talune erano simili ad altari
di festa ( oh come bianche le corone ! ) ;
ed eran altre simili a calvari
di lutto, e senza alcuna orazione :

strette casse di gracili fanciulli
morti tra i fiori, morti d’ etisia,
corpicciuoli ravvolti in fini tulli
di amare lacrime e di liturgia ;

lunghe casse di poveri mendichi
la cui vita fu un’ agonia lenta :
vecchi senza famiglia, mendichi
di cui nessuno piange e si rammenta.

O tristezza d’ andare al camposanto
senza la compagnia di qualche fiore,
tristezza de la bara senza pianto
che procede per l’ ultime dimore !

La stradicciuola è stretta in mezzo a gli orti
pieni di rose e di malinconia…
Oh pensate, pensate a tutti i morti
che passarono lungo questa via !

Nog iets over de vertaling

Bij nader toezien bleek dat er iets niet klopte. In het Italiaans vertaal je ‘verlaten straat’ met ‘strada deserta’ en in Govoni’s bundel Poesie scelte 1903-1918 staat een gedicht met precies die titel: La strada deserta (p. 18). Toen ik de vertaling met het origineel vergeleek, bleek echter dat Budding een ander gedicht had vertaald.

Het staat in dezelfde bundel, maar op de pagina’s 29-39. De titel is ‘La via della Certosa’ en omvat acht strofen. Ik weet niet of Buddingh ze allemaal vertaalde en inleverde. Mogelijk vond de redactie het te lang en besloot slechts de eerste drie kwatrijnen af te drukken en de titel uit het eerste vers over te nemen.  Redactioneel gezien misschien te rechtvaardigen als je maar één pagina hebt. Of de vertaler-dichter met deze handelwijze gelukkig was…

Aantekeningen bij Buddingh vertaalde Corrado Govoni

  • Uit Poesie scelte (1903-1918). Nuova edizione riveduta ed accresciuta. A. Taddei & Figli, 1920. pp. 29-30. Het gedicht werd oorspronkelijk gepubliceerd in Govoni’s bundel Armonia in grigio et in silenzio, 1903.

 

Jonggestorven Italiaanse dichter Scipione

Scipione is het pseudoniem van Gino Bonichi. Hij werd geboren in Macerata op 25 februari 1904. Hij stierf nog geen dertig jaar oud in Trento op 9 november 1933 aan tuberculose. Bekend werd hij vooral als schilder. Men rekent hem gewoonlijk tot de Scuola romana, de Romeinse school. In de Italiaanse literatuur veroverde de jonggestorven Italiaanse dichter Scipione een bescheiden plaatsje met een tiental gedichten. Daarnaast bleven brieven en dagboekaantekeningen bewaard, maar al met al gaat het om weinig materiaal. Het werd verzameld in de kleine bundel Carte segrete, Geheime papieren. Amelia Rosselli voorzag het boekje van een voorwoord.

 

Jonggestorven Italiaanse dichter Scipione

 

Aantekeningen bij Jonggestorven Italiaanse dichter Scipione

  • Scipione, Carte segrete. Prefazione di Amelia Rosselli. Nota di Paolo Fossari. Torino: Einaudi 1982.
  • Voor een post over een mooie tekening van Scipione van het Colosseum zie hier.
  • Zie hier voor een Italiaanse wikipedia pagina.